zondag 10 mei 2020

De rust na en voor het onweer


De lucht groen, grijs en zwart.

De demon laat zich zien, zijn vergeelde gezicht staat strak en onherroepelijk op straf.


Tussen de wolken rennen onherkenbare gedaanten om hun leven en op de grond transformeren bomen, bloemen, struiken en dieren tot mensen.
Huilende wezens die worden geteisterd door een hagelregen van kogels.
Gelijk als in de boodschap van muziek herken ik mensen en gedrochten uit mijn verleden en toekomst. Wezens op het looppad tussen werkelijkheid en onwerkelijkheid, wezens op de grens van bewustzijn en onderbewustzijn.


Het gerommel klinkt als de onrust en angst in mijn ouderlijke woning De wind schreeuwt verdriet en schuld en de lichtflits steekt telkens weer het mes in mijn ziel en laat deze branden.
Het is dezelfde onbegrijpelijke angst die me dagelijks dwingt mijn hoofd te verlaten,

Na een tijdje verhult het gezicht van de demon zich dan, al ruziënd en slaand, in de kleur van de lucht. De onherkenbare gedaante verdwijnen tussen wolken, mensenbomen, mensenbloemen en mensenstruiken. De mensendieren stoppen met huilen.

Bomen zijn weer bomen, bloemen weer bloemen, struiken weer struiken en dieren weer dieren..

De rust na en voor het onweer!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten